Inleiding

Barbie is niet meer weg te slaan uit het collectief geheugen van de westerse wereld. Ze staat voor vrijheid en individualiteit en heeft menig vrouw een steuntje in de rug gegeven bij de (pogingen tot) verwerving van deze idealen. Barbie is een blijvend rolmodel gebleken voor de vele internationale generaties vrouwen die sinds Barbie's geboorte in 1959 met haar zijn opgegroeid. Ze heeft deuren geopend en mogelijkheden geschapen en de vrouwelijk weg naar economische onafhankelijkheid vrijgemaakt.

De periode 1940 - 1960, de twee decennia voorafgaand aan de conceptie van Barbie, is voor de ontwikkeling van de moderne westerse vrouw bijzonder relevant. Nadere bestudering van het politieke en sociale klimaat in het (na-)oorlogse Amerika leert dat Barbie de onafwendbare vervolgschakel in de keten van de vrouwengeschiedenis moest zijn. De turbulente jaren '40 en '50 schetsen een logische ontwikkeling in de psychosociale rol van de vrouw, met (wereld)politieke verwikkelingen als ankerpunten. Te beginnen met de sociale recalibratie in de Tweede Wereldoorlog en de hervinding van de traditionele rolpatronen in de Koude Oorlogsjaren - geholpen door de sterk oprukkende globalisering - vormt deze periode de aanloop naar de counterculture van de jaren '60 en de opmars van het individualisme dat heden ten dage de Verenigde Staten kenmerkt, met de rest van de wereld in haar slip stream. De nagenoeg gelijktijdige opkomst van de zelfbewuste en zelfstandige Barbie illustreert de tijdgeest en de invloed van de voorgaande twee decennia op het sociale klimaat.

De periode 1940 - 1960 is een beslissende periode in de vorming van de moderne westerse vrouw, door zowel lokale als globale verwikkelingen. In het volgende wetenschappelijk onderbouwde artikel zal ik aantonen dat Barbie het logische product is van een tijdperk.

1940-1945: de Tweede Wereldoorlog

De Tweede Wereldoorlog is een periode van mondiale spanning: Europa is het strijdtoneel van het nationaal-socialisme, de kapitalistische Verenigde Staten, Canada en Engeland spannen samen met de communistische Sovjetunie om de Duitse bezetter eronder te krijgen. Het noordelijk halfrond is in de greep van oorlog. In de Verenigde Staten, mijn focus, vindt een drastische leegloop plaats op de arbeidsmarkt, doordat de mannen zich als strijdkrachten vervoegen aan het front.

Vrouwen laten, sinds de het 'Nineteenth Amendment' in 1920, niet echt meer van zich spreken. Echter, met de heftige turbulentie in de sociale context ontstaat een groeiende behoefte aan actief in de economie participerende vrouwen, om het front van materiaal en munitie te voorzien. De overheid probeert vrouwen met propaganda te werven voor de zogeheten 'war effort', resulterend in een nieuwe trend: door vrouwen bevolkte fabrieken, werven en hangars, aan de zware fysieke arbeid die tot voorkort gereserveerd was voor de man. Deze trend vindt een gezicht en een naam in 'Rosie the Riveter'. In een liedje van Redd Evans en John Jacob Loeb wordt ze als volgt beschreven: "All the day long, whether rain or shine, she's a part of the assembly line. She's making history, working for victory, Rosie the Riveter. Keeps a sharp lookout for sabotage, sitting up there on the fuselage. That little girl will do more than a male will do. [...] There's something true about, red, white, and blue about, Rosie the Riveter." Rosie is de ideale vrouw voor het Amerika van de jaren 1940-'45, het rolmodel voor de contemporaine vrouw.

Illustrator J. Howard Miller geeft deze 'Rosie' van Evans en Loeb gestalte, op de cover van de Saturday Evening Post van 29 mei 1943: een stevige roodharige vrouw met permanent, getooid in overall en met lasbril en -kap, met klinkinstrumentarium in de schoot, kauwend op een boterham, en met een voet op Mein Kampf van Adolf Hitler; geen onbelangrijk detail. Het is immers Rosie - of de vrouwen aan het thuisfront - die, in red, white en blue, het nationaal-socialisme er - indirect - onder krijgt. Rosie stelt de generatie vrouwen voor die besloten zich in dienst van het land te stellen. Dit typeert een belangrijke kant van de vrouw van die tijd. Hoewel Rosie als vrijgevochten en zelfstandig overkomt, is ze nog altijd een wiel in een raderwerk: een arbeidskracht in de Amerikaanse economie. Ze stelt zich dienstbaar op, ten opzichte van het grote geheel. Hier zijn er directe parallellen te trekken met de communistische Sovjetunie, waarin de arbeider, volgens Marx de 'motor van de samenleving' is. De Amerikaanse kapitalistische moraal lijkt hier stiekem leentjebuur te spelen bij de Sovjets, gebruikmakend van een systeem dat zich bewezen heeft: de propagandamachine. Rosie is verworden tot een ideale, toevallig vrouwelijke, fabrieksarbeider. De enige functie van haar vrouwelijkheid is de mogelijkheid tot identificatie voor de vrouw van het Amerika van de vroege jaren '40. Ze heeft haar traditionele vrouwelijkheid afgeworpen: van moederschap of vruchtbaarheid is bij Rosie geen sprake. Ze heeft enkel de uiterlijke kenmerken van een vrouw, maar omvat niet langer deze intrinsieke, archetypische vrouwelijke eigenschappen. Amerika in oorlogstijd heeft geen baat bij vrouwenvrouwen; er moet gewerkt worden voor het hogere doel. En dat gebeurt ook. Vrouwen bezetten de assembly lines met de ''star spangled banner'' nagalmend in het achterhoofd.

1945-1957

Als de oorlog ten einde is gekomen, en de strijdkrachten terugkeren naar het thuisfront, vindt er een omschakeling plaats: het traditionele rollenpatroon wordt in ere hersteld. De man is terug om zijn oude stereotiepe rol te vervullen. Dat betekent dat de vrouw zich weer aan het huishouden mag wijden, als symbool voor de grote opruiming die op een periode van oorlog logischerwijs volgt. Vreemd genoeg laat de vrouw zich deze nieuwe orde welgevallen en stort ze zich vol overgave in de huiselijkheid. De na-oorlogse Amerikaanse maatschappij probeert zich te hervinden als stabiele structuur, gefundeerd op het gezin als hoeksteen van de samenleving - via de onafwendbare babyboom - met alle morele gevolgen van dien.

Deze tendens wordt door diverse overheidsinitiatieven ondersteund. Zo is er de door Roosevelt ingestelde Servicemen's Readjustment Act van 1944 die financieringen uit doet gaan voor hypotheken, opleidingen, uitkeringen en rehabilitatie van oneervol ontslagen militairen. Veel geld gaat ook naar bouwprojecten, gestimuleerd door Trumans Housing Act van 1949, om het nieuwe Amerika een gezicht te geven - en daarmee gekke bekken naar de Sovjetunie te trekken. Sinds de recapitulatie van Nazi-Duitsland is er namelijk een nieuwe politieke spanning gerezen: de Koude Oorlog. Ondanks de geslaagde collaboratie tegen de Duitsers is ook deze morele en politieke tweespalt is een argument voor naoorlogs Amerika om haar vermeende superioriteit te articuleren. Dat uit zich in een aversie van het communisme, voornamelijk geuit door Joseph McCarthy. Mede dankzij de opkomst van het televisiemedium wordt het hem mogelijk gemaakt zijn weinig genuanceerde gedachtegoed onder de Amerikaanse bevolking te verspreiden, in een tijd van angst voor oorlog en afwijkende ideologieën; een ideologisch landschap dat aangelegd is in de beginjaren '40.

Een ander effect van de opkomst van televisie is de efficiënte communicatie van de conservatieve normen en idealen. Suburbia, dat vanaf 1947 heftig groeit, is het decor waartegen de nieuwe Amerikaanse ideaal zich aftekent. Jonge gezinnen zien de kans zich te vestigen en te werken aan een solide basis, voor zichzelf en voor de komende generatie(s). Het fictieve summum van deze ontwikkeling krijgt vorm in de televisieserie ''Leave it to Beaver'', over het wel en wee van de Cleaver's. De serie ademt een ongekende morele juistheid, naadloos passend op de behoeften van het moderne Amerika: vader Ward bekleedt een naamloze functie in een kantoor, zoon ''Beaver'' manoeuvreert zich door de archetypische kindertijd met melk en koekjes en dit alles speelt zich af in het zonnige, ''white-picket fenced'' Suburbia; zonder nadere geografische aanduiding dan enkel ergens in de Verenigde Staten. Maar June Cleaver [zomermaand], moeder, echtgenote en huisvrouw, spant de kroon. Altijd smetteloos gekleed, gecoiffeerd en gemanicuurd houdt ze het huis spic en span en fungeert terloops als normatieve toetssteen voor het gezin. Het behoeft geen nadere uitleg dat de Cleavers de perfecte ''nuclear family'' voorstellen, door de televisie succesvol verspreid als rolmodel en als boodschap naar de communistische Sovjets. Televisie bewerkstelligt domestische cohesie; het bevestigt telkenmale de traditionele en beoogde rolpatronen in fictie. ''Leave it to Beaver'' illustreert deze ontwikkeling uitstekend. De metamorfose van noeste arbeidsters in kreukvrije huisvrouwen lijkt bijna een zelfgekozen ''career move'', maar de invloed van de televisie en de verspreiding van rolmodellen is onmiskenbaar.

1957 - 1960

De timing van ''Leave it to Beaver'' loopt synchroon met een stevige tegenslag voor de American Dream. De Sovjetunie lanceert op 4 oktober 1957 de Spoetnik: het eerste door mensenhanden gemaakte object dat gelanceerd wordt in een baan om de Aarde. De Amerikanen gingen uit van hun koppositie in de ruimtewedloop, maar krijgen een schokkende reality check te verduren. Het resultaat hiervan is de Spoetnik-crisis, die zorgt voor de oprichting van de NASA, die de Amerikaanse moraal terug op peil moet brengen.

Op het einde van de jaren '50 vindt er een nieuwe omschakeling plaats: de traditionele rollenpatronen dalen in de maatschappelijke achting. De televisie brengt, naast de beoogde domestische cohesie, bewustwording van de positie in de wereld. De utopische taferelen die veelal de beeldbuis passeren worden steeds minder als zoete koek geslikt, zo blijkt uit het opwellende feminisme, dat de zogenoemde 'tweede golf' ingaat. Deze beweging pleit voor een afwerping van de conservatieve sociale norm van de vijftiger jaren. De vrouw is op zoek naar erkenning als onafhankelijk individu, los van dienstbaarheid en ondergeschiktheid aan een systeem als de Amerikaanse maatschappij. De maatschappij wordt gezien als ondersteuning voor het individu, niet andersom. De retro- en introspectieve rally die deze psychosociale inzichten in het vrouw-zijn mogelijk maakt, is ontstaan uit de decennialange zoektocht naar rolmodellen.

De planeet wordt steeds kleiner: globalisering laat zich gelden in een keur aan maatregelen, varierend van het Interstate Highway Program tot de NASA, dat mondiale verbanden aantrekt en de wereldpolitiek in de huiskamer brengt. De westerse wereld toont zich hongerig naar nieuwe indrukken, bijvoorbeeld op economisch gebied. De Amerikaanse economie barst uit zijn voegen, dankzij initiatieven uit het verleden, en dat biedt kansen op de markt. Met een scherp gevoel voor marketing, zet Mattel - een bedrijf dat voorheen houten fotolijstjes produceerde - Barbie in de markt. Barbie is het ideale vrouwbeeld; zelfstandig en vrijgevochten, en toch vrouwelijk. Een compromis tussen de eigenwijze Rosie the Riveter en de moederlijke June Cleaver. Hoewel Mattel zich aanvankelijk terughoudend opstelde tegenover de pop, gebaseerd op Bild Lilli (immers een Duits product dat in eerste instantie geen kinderspeelgoed is), gaat het na aandringen van Ruth Handler, de ontwerpster van Barbie, toch overstag. Een zet die goud waard bleek, want Barbie krijgt hele generaties op hun knieën. Wederom gaan sociale en politieke verwikkelingen hand in hand, want de feministische tweede golf volgt kort op Barbie's economisch weloverwogen geboorte. Deze golf is zelf al duidelijk een kind van zijn tijd: een tijd van onvrede met de stand van zaken, hongerig naar revolutie. Barbie is een exponent van de economische bewustwording, zoals de tweede feministische golf een exponent is van de intellectuele bewustwording. Deze twee gaan ideologisch echter slecht door 1 deur: de feministen stellen zich kritisch op tegenover de perfectie die Barbie representeert. Deze ideologische discrepantie typeert de nieuwe tijdgeest: de counter culture. Deze 'cultuur' schrijft voor te ageren tegen de heersende norm, mits die als onjuist wordt ervaren. Dit geeft de contemporaine vrouw de middelen te strijden voor haar persoonlijke ideaal, de ontworsteling aan de conservatieve sociale norm en de verwerving van een economisch onafhankelijke positie als vrouw, op gelijke voet met de man. Barbie manoeuvreert zich stilzwijgend en gespeend van een politiek oordeel door deze verwikkelingen, terwijl generaties meisjes zich decennialang aan haar vastklampen. Barbie is niet alleen een blijvende doch zwijgende vriendin, maar ook de spiegel voor de toekomst; een zowel fysiek als intellectueel rolmodel. Er is maar een ding dat aan haar ontbreekt, en dat is een stem. Barbie houdt zich wijselijk afzijdig van politiek, en weet daarmee een groot publiek voor zich te winnen; een verstandige economische overweging.

Conclusie: In retrospect

Barbie heeft de fundering geslagen voor het economische en ideologische schisma waar elke vrouw zich vroeg of laat door getergd ziet. Zij vertegenwoordigt een belangrijke intermediair in de ontwikkeling van de moderne, vrije vrouw. Maar zonder de efforts van Rosie en June had Barbie nooit het levenslicht gezien, want zij combineert het beste van twee belangrijke tijdperken: vrijgevochten zelfstandigheid en eigenzinnigheid en verantwoordelijkheid van een oorlogsgeneratie en het vrouwelijke bewustzijn van de conventionele wederopbouw. Hier houdt het echter niet op: natuurlijk ontwikkelt Barbie zich verder als metrosexueel compromis tussen mannelijke eerzucht en vrouwelijke elegantie. Ze bewandelt een fijne interactieve lijn tussen idealen en actualiteit.